Vandaag ben ik wat somber.

Om die somberheid te verjagen schrijf ik verhaaltjes of proza. HEKEL is een onderdeel daarvan.Hekel is een , 25 centimeter groot,imaginairy wezentje die mij helpt relativeren als de spanning te groot wordt. De eerste vorm is geinspireerd door ISCHA MEIJER'S DIKKE MAN.  De verhalen spelen zich meestal in de buurtkroeg af en beslaat ze de menselijke emoties in de meest compacte vorm .Er bestaan reeds meer dan zestig verhalen en worden deze dit jaar in bundeling gebracht (met eigen illustraties) door uitgeverij Free Musketeers.Vandaag introduceer ik

HEKEL EN HET LOSGESLAGEN VLOT:

Het is ineens gaan hagelen en heeft het lentegevoel wat zo opbeurde, zich rillerig achter de koude wolken verstopt.

Vriendin van MooieVrouw heeft haar namaak bontkraag hoog opgetrokken en stiefelt richting de stille buurtkroeg. Ze ploft neer bij Hekel die zich in een krul bij de houtkachel op een schapenvachtje heeft genesteld en daar al uren op ligt te soezen. Het wezentje opent zijn oogjes als een dun spleetje, ziet Vriendin zitten en vraagt zonder verroering:

‘Hoe gaat het met Vriendin?’

Vriendin schraapt haar keel , kijkt Hekel lauw aan en schraapt nog meer vanuit een diepte:

‘Ik leef nog Hekel, ik leef nog!’

‘En daar is alles ook mee gezegd.’

Het wezentje rolt zich uit zijn slaapkrul, gaat rechtop zitten, wrijft de loomheid uit zijn oogjes en zegt serieus:

‘Dat klinkt niet erg hoopvol.’

Vriendin slikt en vervolgt:

‘De hoop heb ik vandaag ook laten varen. Ze glipte even van me weg.’

RondBorstige BarVrouw kijkt Vriendin aan.

Ze knikt en knipoogt .

Even later komt BarVrouw met een groot glas vol rode vloeistof waar veel grote brokken ijs in rond klotsen en zet het op een tafeltje vlakbij vriendin.

‘Van het huis,’ zwoelt ze warm.

Vriendin knijpt zacht in de warme hand van de BarVrouw en fluistert:

‘Je bent lief.’

Dan neemt ze een stevige klokkende slok en vervolgt:

‘Ik leef ook nog op een bijna losgeslagen vlot.’

Hekel spitst zijn oortjes, krabbelt overeind , beland even later op haar schoot en roept opbeurend blij:

‘Nou, dat klinkt behoorlijk avontuurlijk. Op een vlot leven!’

‘Poeh! Schampt Vriendin de ruimte in.

‘Het is alles behalve avontuurlijk,’ sist ze ongelukkig terug.

Ze kijkt Hekel nors aan.

‘Ík heb nog nooit zo’n saai en eenzaam leven geleefd als nu…. Op het vlot reist ‘het liefdeloze en sexloze tijdperk’ mee.  Mijn liefde lijkt zo ver weg.  Mijn vrienden en familie club is tot de bodem geslonken en trakteert het leven me niet meer op een goed gesprek. De armoede sluipt steeds dichterbij en schijnt er een of andere zeurderige onbekende die steeds meer krimpt, bij mij te wonen.’

Hekel dribbelt op en neer, stampt met zijn voetjes op haar schoot en zucht:

‘Wat een ellende!’

‘Blijft er nog iets prettigs over?’

‘Ja,’ zucht Vriendin, ‘Het enige wat mij niet in de steek laat, is mijn werk, iedere dag lacht ze me tegemoet en haalt me telkens kirrend uit mijn donkerte.’

‘Mmmm….dat is fijn!’ roept Hekel hoorbaar blij.

Vriendin neemt nog een flinke slok.

Op haar voorhoofd staat een diepe rimpel.

Om die weg te halen zucht ze: ‘Dat is dan ook het enige wat ik op mijn vlot heb meegesleurd en hoop ik dat we met zn allen onverwacht in een genade klap door een woeste storm worden gegrepen.’

‘Nou, nou!’antwoord Hekel snel .

‘Duw die destructieve somberheid eens even weg!’

Vriendin luistert niet.

Ze drinkt de laatste slokken hoorbaar op, aait over Hekels bol, staat sierlijk op, zwaait naar Barvrouw en roept:

‘Ik ga een bijl kopen.’

‘Éen die goed scherp is.’

‘Hoezo?’ roepen BarVrouw en Hekel in een onrustig koor.

‘Dan kan ik mijn vlot loshakken sufferds!’ roept Vriendin schor terug en laat de deur met een knal dicht vallen.

Hekel en RondBorstige BarVrouw blijven verbauwereerd achter.

De lucht boven de stad is donker geworden.

De vogels in de bomen zijn stil.

Ze wachten tot de donder losbreekt.