OORLOGS PROZA
Toen de oorlog voorbij was...
haar oorverdovend gebrul eindelijk was
gestild...
toen de oorlog voorbij was en haar stank in
ochtend mist gehuld...
toen de oorlog eindelijk voorbij was keek ik
heel schichtig om mij heen, kneep in mijn huid
om het goed te laten geloven...
Was het waar?
Was het waar?
en keek wederom goed om mij heen...
toen de oorlog goed en wel voorbij was keek
ik scherp en achterdochtig om mij heen...
om mij heen...
en begon te zingen...
ik begon te zingen...
eerst zacht...
en keek nog eens heel goed om mij heen...
toen harder...
en harder...
toen begon ik hard te zingen...
en zong uit volle borst...
en toen ik lang, lang uit mijn volle borst aan
het zingen was...
lang uit volle borst aan het zingen was...
begon er iets van binnen te trillen...
het trillen was spinnen...
het begon van binnen te spinnen...
eindelijk begon ik van binnen weer te
spinnen...
En
pas duizend bloesem geuren verder
pas duizend bloesem geuren verder
rook ik de geuren van mijn wonden weer...
die nimmer zongen
en weigerden te spinnen
tot op de dag van vandaag...
Toen de oorlog voorbij was
begon ze van binnen
zonder spinnen
zonder zingen...
(foto: '
gewond ijzer'