OLIFANT, MUUR EN MUIS
Er was eens een olifant met een grote roze kroon op haar hoofd.
Op een dag stond zij voor een dikke hoge zwarte stenen muur.
De muur grijnsde naar Olifant.
'Ik blijf hier voor altijd staan!', riep de muur in ernstige toon .
Olifant fronste diep.
Na een paar langdurige zuchten en een uitvoerige inspectie van de muur, ontdekte Olifant dat er tot haar schrik, geen enkele opening in de muur bestond.
Ze schraapte behoedzaam woorden bij elkaar en galmde:
'Waarom heb je geen opening of brede kier waar ik eventueel door heen kan gaan?
Waarom ben je dicht?'
De muur gaapte.
Op zulke vragen was hij allang voorbereid.
Na een paar flinke uitgerekte gapen bromde de muur:
'Ik wilde anders zijn!'
Olifant kon haar oren niet geloven.
'Anders zijn?' riep ze verontwaardigd.
'Als er iets anders is, dan zijn het de openingen in muren wel!'
De muur schrok.
Zo had hij het nimmer bekeken.
Olifant vervolgde:
'Door openingen, brede kieren, poorten ,deuren of gaten , kun je heen kruipen of klauteren , om , bij geluk, vervolgens in een geheel andere wereld terecht te komen.'
Olifant leunde met haar volumineuze lijf tegen de muur.
Als ik iets harder druk , bedacht ze stiekem, valt er misschien vanzelf wel een gat in de muur.
Na deze blijde gedachten leunde ze met volle kracht .
Ze kreunde er zelfs bijna onhoorbaar bij.
De muur gaf echter , ook na deze poging , geen enkele krimp.
Even later kwam er, in een vrolijk lichtvoetig galop ,een Muis langs.
Zodra zij Olifant in het vizier kreeg stopte de nieuwsgierige Muis en bekeek op zekere afstand de duw poging van het grote grijze dier.
Na een poosje zwijgzaam gadeslaan riep Muis in volle ernst:
'Dat lukt je nooit Olifant! De muur blijft voor altijd stokstijf staan!
Je kunt beter op mijn schouders gaan zitten, dan geef ik je wel het juiste zetje...'
Olifant bedacht zich geen seconde.
Ze rukte zich los van de muur, nam een korte aanloop en sprong met een hoge korte gil , op de ferme schouders van Muis.
Als een volleerd acrobaat liep Muis richting de muur.
Ze zoog haar longen vol en wierp Olifant ,via een weloverwogen worp , op de muur.
Olifant zette zich schrap, herstelde haar motoriek en stond weldra pontificaal op de muur.
Muis was echter door het hele gebeuren ietwat duizelig geworden , was pardoes gevallen en lag spartelend op de grond.
Snel vermande ze zich en stond als de wiede weer op haar trillende pootjes.
Muis keek schielijk omhoog.
Ze zag dat olifant als een bewegingloos standbeeld op de muur stond.
'Hoe is het daar?', riep Muis onschuldig naar boven.
Met een oog gluurde Olifant voorzichtig naar beneden.
Ze zag Muis als een stipje zitten.
Daarna hief ze moedig haar slurf hoog in de lucht en tetterde drie keer.
'Hoe is het daar?', riep Muis nogmaals.
Olifant riep schor:
'Hoog Muis, het is hier erg hoog!'
In de tonatie van Olifant haar stem was angst te bespeuren.
Muis bedacht zich geen moment, ging op haar achter pootjes staan, spreidde haar armpjes en riep;
'Spring maar weer in mijn armen, dan vang ik je op!'
Dat liet Olifant zich geen tweede keer zeggen en wierp zich ,zorgvuldig uitgekiend, in de armen van Muis....
De muur zuchtte.
De vogels in het bos stopten hun vrolijke gezang.
De zon zweeg.
De heuvels ook.
Het bos kraakte.